kleine hapjes uit een spionage special, misschien leuk om deze nog eens uit 'de oude doos' te halen... enjoy:
“Spioneren is het verkeerde woord, industriële spionage is wellicht een beter gepaste uitdrukking,” vertelt McLaren teambaas Ron Dennis, een man die gekend is als een geleerde als het gaat om uitspraken. “Het wordt al jaren uitgeoefend en wordt nu als redelijk normaal gezien. Een paar jaar geleden hebben we een aërodynamicaspecialist van een ander team (waarschijnlijk B.A.R.) betrapt in één van onze vrachtwagens. We konden hem insluiten en we haalden er enkele fotografen bij en een ouder teamlid om hem eruit te zien komen. Het was natuurlijk héél beschamend voor hem.”
Een goed voorbeeld van industriële spionage zoals Ron Dennis het wel noemt is bijvoorbeeld een werknemer van een bepaald team dat aan de pituitgang staat en niets anders doet als het noteren van de wagens die de pits uitreden met nieuwe banden. Op die manier kan het team bepalen op welke strategie de tegenstander waarschijnlijk van start zal gaan. Men kan zich dan voorbereiden op enkele mogelijke scenario’s en op die manier is kan men dan de tegenstander te vlug af zijn. Races kunnen gewonnen of verloren worden in de pits en daarom is de job van de persoon die ervoor verantwoordelijk is de juiste cijfers door te geven in verband met de wagens op oude en nieuwe banden enorm belangrijk.
Maar de meest voorkomende vorm van bedrijfsspionage is de fotografie. Fotografen die voor teams werken nemen om publicitaire foto’s te trekken hebben dikwijls ook een sinistere bijrol.
“Ferrari heeft een fotograaf in dienst wiens rol foto’s nemen is, misschien duizend per weekend van de wagens van de andere teams. Geen mooie of sportieve foto’s, maar gedetailleerde ontwerpfoto’s,” claimt F1 topfotograaf Darren Heath. “Al de andere teams weten wie hij is en als hij te kortbij komt, zullen ze snel opstaan met een cover voor de voorvleugel. Dat doet pijn.”
Heath zegt dat hij nooit spionagefoto’s heeft gemaakt, maar geeft toe dat er een perfecte kans was om duizenden dollars te verdienen met één van zijn foto’s.
“Ik had een foto van de binnenzijde van de achterremschijf van de McLaren, in het midden van de bocht, op het moment waarop de wagen aan het accelereren zou moeten zijn,” vertelt hij. “Toen ik op de Nurnbergring was en de wagens die aan de leiding stonden uitvielen, kon ik een foto maken in de cockpit omdat Mika (Hakkinen) het stuurwiel eraf had gelaten. Wat ik zag was een rem waarmee geknoeid was, om tractiecontrole te simuleren. Ik grapte om de foto te verkopen aan een ander team, maar ik besloot het niet te doen. Het feit dat de foto gepubliceerd was veroorzaakte genoeg verdriet.”
Eddie Jordan had ook al eens van die “Psssst, wil je enkele foto’s kopen!” ontmoetingen en hij was verbaasd van de hoeveelheid informatie die te vinden was op die foto’s.
“Ik heb eens een kopie van een race-ingenieur zijn blad gezien terwijl hij aan het schrijven was. De foto was van de etage erboven getrokken. De volledige afstelling van de wagen kon gezien worden. Hoe kan dat nu toch? Denk maar niet dat spionage niet kan gebeuren. Het kan gebeuren in de oorlog, en het kan gebeuren in de Formule 1.”
“Voor zover ik weet, zijn we nog nooit gehackt geweest, maar als ze echt héél goed zijn, dan zouden we het niet weten hé, of wel?” zegt Brawn, die Ferrari omvormde van de verliezer op lange termijn naar een echte winnaar. “We hebben een computerafdeling van ongeveer 20 computers. Een half dozijn daarvan concentreert zich op de beveiliging van onze bezittingen.”
|